Iedereen zegt het weleens, vroeger was alles beter, maar was dat ook echt zo?
Denken we dat niet alleen om dat we moeten dealen met alle veranderingen. Het is mens eigen om vast te houden aan dingen zoals ze waren. Veranderen brengt stress met zich mee.
Mensen zijn gewoontedieren, we blijven graag in vertrouwde en bekende patronen hangen.

Als ik deze gedachtegang vertaal naar de financiële branche zie ik een zeer duidelijke parallel. Ondanks dat alles om ons heen verandert wil de adviseur het liefst vasthouden aan vroeger. Vroeger was het tenslotte beter. Adviseurs zijn tenslotte mensen en veranderen is eng.

Ik stel me zelf dan de vraag of vroeger alles echt beter was. En voor wie was het beter? Voor de adviseur, voor de consument, voor de verzekeraars?

En wat is vroeger? In mijn gedachten ga ik dan terug naar de tijd van voor 1 januari 2013, van voor het provisieverbod op de complexe producten. De tijd dat er vaak hoge beloningen verdiend werden op de financiële producten die de eindklant afnam.
Maar ook de tijd van solidariteit, dat er “gratis” advies gegeven kon worden, omdat er aan de andere kant voldoende op grote contracten verdiend werd.

De solidariteit hield de zaken in balans, zorgde er voor dat advies toegankelijk was. Iedereen kon advies inwinnen bij een adviseur en de adviseur werd beloond door de verzekeraar zodra er een financieel product werd afgenomen door de eindklant.
Werd er geen financieel product afgenomen dan was er ook geen beloning voor de adviseur en had de eindklant echt “gratis” advies ontvangen.

Ik ben van mening dat dit nu beter is geregeld, een klant betaalt zijn of haar adviseur voor de afgenomen adviezen en er zijn geen verborgen kosten in de premie die uiteindelijk aan de verzekeraar betaalt gaat worden. Ook als er alleen advies wordt afgenomen en er wordt gekozen om het risico niet te verzekeren, ontvangt de adviseur betaling voor de gegeven adviezen. De adviseur wordt dus beloond naar arbeid.

Kortom, bepaalde zaken waren vroeger goed, maar het kon echt beter!